I'm not a robot

CAPTCHA

Privacy - Terms

reCAPTCHA v4
Link



















Original text

Ik werk als psycholoog op het lyceum. En natuurlijk communiceer ik vanwege mijn werk veel met kinderen en hun ouders: ik woon ouder-leraarbijeenkomsten bij, geef lezingen en werk individueel aan urgente onderwerpen. En in de afgelopen 2-3 jaar is het onderwerp 'ongemotiveerde' kinderen acuut geworden. Dit betekent dat het kind, als het naar de eerste klas gaat, niet naar school wil, niet wil studeren en wil deelnemen aan het leven van een kind. de klas Dit artikel is ontstaan ​​​​uit een verzoek van ouders, wat zo is en het klinkt: "hoe kun je een kind helpen verliefd te worden op school?" Oké, maar hoe moet je beginnen als deze leerschool in het leven van een ouder al lang voorbij is en het enige dat overblijft zijn ervaring en de echo's ervan. Hier leest u hoe...Stel uzelf een vraag: hou ik van school? Welk antwoord? Als het antwoord negatief is, stel ik voor dat u met hem samenwerkt.1. Laten we de associatietest van Jung doen. We moeten de reden voor de negatieve houding ten opzichte van school begrijpen, en hiervoor zullen we een test gebruiken, die ook de 16 associaties van Jung wordt genoemd. De test helpt om het verband te vinden tussen de externe manifestatie van het probleem - in ons geval 'een hekel aan school' en de oorzaak ervan. We trekken geleidelijk aan uit het onderbewustzijn wat deze houding in ons teweegbracht. Hieronder staat een diagram van de methode, het is heel eenvoudig. Als resultaat van de associatieve keten krijgen we het 'Hoofdwoord', het startpunt waarmee we moeten werken. 2. Eigenlijk werken met het hoofdwoord Ik stel voor om hier te werken met de overtuigingen die in het hoofd ontstaan ​​wanneer dit woord wordt genoemd. In wezen werkt dit met beperkende instellingen.1. We schrijven een overtuiging 2. We schrijven antwoorden op de vragen: * hoe wist je dat deze overtuiging waar is * wat zijn de resultaten of gevolgen van deze overtuiging * hoe voel je je als je deze overtuiging uitspreekt? Lees de antwoorden op de vragen nog eens door en besluit of deze overtuiging u werkelijk dierbaar is of dat u deze wilt veranderen? Formuleer een nieuwe faciliterende overtuiging: “Ik kan...” “Ik wil...” “Ik heb het recht om...”5. Accepteer en geloof in deze overtuiging. Als je heel goed en eerlijk hebt gewerkt met associaties en overtuigingen, dan is je houding ten opzichte van school al begonnen te veranderen of veranderd, en kun je dit eerlijk, bewust of onbewust, doorgeven aan je kind actie! En je zult slagen!