I'm not a robot

CAPTCHA

Privacy - Terms

reCAPTCHA v4
Link



















Original text

Ik wil een serie artikelen over conflicten schrijven. Heel vaak moeten we tijdens sessies praten over de basisprincipes van conflictbeheersing. Maar voordat ik mijn kennis en gedachten over conflicten deel, zie ik de noodzaak om het idee van conflictloosheid te bespreken. Het is geen geheim dat in het moderne onderwijssysteem weinig plaats wordt gegeven aan conflicten. Bovendien wordt conflict gezien als iets unieks negatiefs, en wordt conflictvrij gedrag verheven tot de rang van een deugd en een teken van goede opvoeding. En zulke conflictvrije mensen worden vaak cliënt van psychologen. Natuurlijk kunnen we nu beginnen met het ontmaskeren van non-conflict als ideaal, maar ik denk dat het de moeite waard is om te proberen te begrijpen waar dit idee vandaan komt, wat de aard ervan is. Een van de redenen is ongetwijfeld een direct voordeel voor ouders: hoe minder het kind conflicten en hoe meer hij het met alles eens is, hoe comfortabeler hij zich voelt, daarom is het de moeite waard hem bij te brengen dat goed zijn betekent conflictvrij zijn. Hetzelfde gebeurt in groepen, op de kleuterschool, op school, meer handig voor opvoeders en leraren als kinderen niet in conflict komen en de routine domweg gehoorzamen. Het kind absorbeert dit vermijden van conflicten verder in het volwassen leven, hij probeert zich hieraan te houden en het aan zijn kinderen te leren. Dat wil zeggen, het idee van niet-conflict is een directe sociale orde. Natuurlijk zou dit in een ideale samenleving waarschijnlijk echt een deugd zijn, maar zoals de geschiedenis heeft aangetoond, werden dergelijke utopische gemeenschappen altijd totalitair, waarin weinig ruimte was voor het individu. Maar toch bleef het idee van conflictvrijheid bestaan heeft diepere wortels. Hier zou ik willen denken aan de filosofie van het dialogisme van Martin Buber, die een dergelijk fenomeen omschreef als een ‘persoonlijke ontmoeting’. Buber onderscheidde twee richtingen, intenties en oriëntaties van de menselijke persoonlijkheid: Ik-Het en Ik-Gij. Wanneer iemand zich tot dingen wendt, tot het It, dan heeft hij natuurlijk veel interesses, ideeën die verband houden met het It, hoe hij het zou willen en hoe hij denkt dat het zou moeten zijn. En er is een heel veld voor conflicten als een persoon in botsing komt met de ideeën van een ander. Maar als het gaat om een ​​persoonlijke ontmoeting, over het aanspreken van een andere persoon, Ik-Gij, dan doet, zoals Buber schreef, geen middel ertoe, en daarom zijn er geen redenen voor conflicten. De ideale dialoog die Buber beschreef is conflictvrij. Als je in dit licht naar non-conflict kijkt, dan is het werkelijk een grote waarde, waarschijnlijk de belangrijkste in het leven van ieder mens. Dit is dezelfde onvoorwaardelijke aanvaarding van een andere, absolute liefde, waarover dichters schrijven en waar ieder kind, vrouw, man van droomt. Maar het is vermeldenswaard dat het Ik-Het ook belangrijk is voor een persoon. Dat wil zeggen, een persoon leeft in een wereld waarin non-conflict als waarde en conflict als noodzaak op de een of andere manier naast elkaar moeten bestaan. En op het eerste gezicht lijkt het vanuit het oogpunt van eenvoudige logica onmogelijk. Maar de wereld is niet alleen dialogisch, maar ook dialectisch. De dialectiek maakt het conflictvrije Ik-Gij en het conflictgevoelige Ik-Het compatibel. Vervolg: https://www.b17.ru/article/274972/