I'm not a robot

CAPTCHA

Privacy - Terms

reCAPTCHA v4
Link



















Original text

Van de auteur: Vaste auteur van de tijdschriften “Happy Parents” en “Psychology” Sommige ouders geloven dat school de drempel is waarboven het spel zijn waarde en betekenis verliest en onnodig “verwennerij” wordt . Maar dit is helemaal niet waar. Ja, het serieuze schoolleven is begonnen, maar de kindertijd gaat door. De meeste kinderen spelen graag tot ze 11-12 jaar oud zijn. Als een kind naar school gaat, blijft zijn behoefte om te spelen bijna net zo sterk als in de kleuterklas. En ondanks het feit dat studies en het schoolleven voor hem nu op de eerste plaats komen, geeft hij in zijn vrije tijd de voorkeur aan spelen boven welke andere activiteit dan ook. Bovendien hebben games een extra functie: ze helpen het kind afgeleid te raken en te ontspannen, een pauze te nemen van schoolstress. Vaak nemen kinderen speelgoed mee naar school om in de pauzes of na schooltijd met klasgenoten te spelen. In gezamenlijke games 'herstarten' ze niet alleen na intensieve studie, maar vinden ze ook een gemeenschappelijke taal met andere kinderen en ontdekken ze wie waarin geïnteresseerd is. Het spel blijft dus zijn socialiserende rol behouden, omdat veel kinderen zich nog steeds zelfverzekerder voelen in de speelruimte dan in hun studie en schoolregels. Niet voor niets zijn spelelementen opgenomen in het lesgeven op de basisschool. Deze taal is veel begrijpelijker voor een kind. Daarom moet de dagelijkse routine tijd bevatten voor vrij spel en creativiteit. Opgemerkt moet worden dat computerspellen het kind niet helpen om te rusten en te ontspannen, omdat ze het zenuwstelsel stimuleren en prikkelen. Wat spelen basisschoolkinderen? Ze geven nog steeds de voorkeur aan rollenspellen, zowel alleen als met vrienden. Dat wil zeggen dat kinderen onderweg een verhaal bedenken, rollen toewijzen en volledig bij dit proces betrokken raken. In vergelijking met games voor kleuters veranderen de thema's en worden de plots complexer, maar de essentie blijft hetzelfde. Beroemde kinderpsychoanalyticus D.V. Winnicott zei: ‘Bij het spelen, en misschien alleen bij het spelen, heeft een kind of volwassene volledige vrijheid van creativiteit.’ Dit is een proces waarmee iemand creatief kan zijn. Wat gebeurt er in de psyche van het kind als hij wordt ondergedompeld in een spel? Allereerst geeft het de verbeelding de vrije loop, waardoor een gaming-realiteit ontstaat. Waarom heb je verbeeldingskracht nodig? Het maakt het mogelijk om de grenzen van het vertrouwde en bekende te verleggen, door dingen die het kind kent en fictie te vermengen. Een kleine hoeveelheid kennis over de wereld wordt gecompenseerd door constant, op maximale “snelheid”, verbeeldingswerk. Soms rieken kinderspelletjes naar plagiaat (ze bevatten beroemde sprookjesfiguren en herhalen bekende plots), maar er komen vaak elementen van echte creativiteit en nieuwigheid naar voren. Op de een of andere manier beheerst elk kind het vermogen om bekende beelden te transformeren en iets eigens te creëren. Deze belangrijke vaardigheid helpt hem nieuwe problemen op te lossen; hij leert dankzij zijn verbeeldingskracht precies te anticiperen op de resultaten van zijn acties. Bovendien is verbeeldingskracht de basis van abstract denken, wat absoluut noodzakelijk is bij het beheersen van veel onderwerpen, bijvoorbeeld wiskunde. Als een kind gefascineerd is door een spel, kan hij zijn emoties de vrije loop laten; er zijn geen ‘sociale filters’; in het spel die hem dwingen bepaalde gevoelens te verbergen. Dit betekent dat spelen een veilig kanaal wordt voor het uiten van gevoelens die een ouder of leerkracht misschien als ongepast beschouwt. In de eerste plaats gaat het om agressie. Jongens uiten in de regel agressieve emoties rechtstreeks door oorlog te spelen, gevechten met speelgoed te simuleren of verschillende wedstrijden te organiseren. Meisjes spelen het thema agressie meestal uit door het verraderlijke, sluwe of wraakzuchtige gedrag van de personages. Maar het spel stelt je natuurlijk niet alleen in staat om 'slechte' gevoelens te kanaliseren, het kind kan er ook zijn emotionele behoeften in uiten, bijvoorbeeld aan zorg, liefde en aandacht. Het mooie van het spel is dat er van alles in kan gebeuren, alles is toegestaan, wat betekent dat je zelfs in een fantasieveld het gebrek aan iets kunt compenseren. Dit is de genezende functie van het spel, omdat het voor de psyche geen verschil maakt of er iets in de innerlijke ruimte of in werkelijkheid is gebeurd. In elke.